Ruim 400 jaar geleden werd in de Republiek der Verenigde Nederlanden
een begin gemaakt met wat later de Nederlandse Veldpost zou gaan heten. |
Reeds in 1597 werd door de Staten Generaal een veldpostdienst in het leven geroepen ten behoeve van de veldtocht om de Achterhoek en Twente van Spanjaarden te zuiveren. Deze postdienst was opgezet tussen 's-Gravenhage en 's-Gravenweert, met een aantal tussen-stations voor verse paarden. Naast deze geregelde veldpostdienst maakte Prins Maurits, net als de Spaanse bevelhebbers, gebruik van koeriers. Na deze veldtocht, en de zuivering van Spanjaarden, werd deze geregelde postdienst opgeheven.
Ook Prins Frederik Hendrik maakte bij het beleg van's-Hertogenbosch en zijn latere veldtochten gebruik van een postdienst. Van deze postdienst zijn enkele stukken bewaard gebleven waarop aangegeven was dat het om militaire poststukken ging. Ook in de opvolgende jaren werd er bij de diverse gevechtshandelingen een (paarden)postdienst in het leven geroepen. Op 23 juni 1672 werd weer een geregelde veldpostdienst ingesteld welke diverse forten, het IJsselfront en diverse steden met elkaar verbond. Na een langere periode van betrekkelijke rust verklaarde Frankrijk in 1744 de oorlog aan Engeland en Oostenrijk waarop de Republiek der Verenigde Nederlanden 20.000 man ter beschikking stelde aan Maria Theresia van Oostenrijk. |
Tijdens deze oorlog, beëindigd na de nederlaag van de geallieerden bij de vrede van Aken ( 1748 ), maakte het Staatse leger gebruik van het hiernaast getoonde stempel dat zowel in rood als in zwart voor komt. |
ArméeHOLlandaise |
Op 1 juli 1793 werd er, ten behoeve van de veldtocht in de Oostenrijkse Nederlanden, een veldpostdienst ingesteld. Op 16 juli wordt hiervan in alle dagbladen melding gemaakt. Het beginpunt van deze veldpostdienst lag in 's-Gravenhage en het eindpunt bij het hoofdkwartier 'te velde'. Het optreden van deze postdienst op Oostenrijks grondgebied leidde tot problemen met de Oostenrijkse postdienst zodat de veldpostdienst eind januari 1794 weer werd opgeheven. |
Op brieven naar het leger komen enkel met de hand geschreven aanduidingen voor. Op poststukken afkomstig van het Staatse leger werd gebruik gemaakt van het hiernaast getoonde stempel. |
Na de Franse bezetting hadden de postkantoren van Breda en Maastricht, volgens circulaire Nº 56 d.d. 12 juni 1815, van 1 juli 1815 af een postdienst met de directie van de Nederlandsche Veldpost in België . Aan deze directie werd een stempel " Nede Veldpost " toegezonden en zij dienden alle brieven, welke afkomstig waren van het leger, van dit stempel te voorzien. |
Bekend in zwart uit Crépien en in rood uit Samois , " 4 uren van Parijs". |
Deze regeling is niet van lange duur geweest want reeds op 5 februari 1816 werd bij circulaire Nº 72 de opheffing van de veldpost bekend gemaakt. |
De onrust in België leidde er toe dat op 29 april 1831 de veldpost weer in werking trad. Alle veldpostkantoren, zijnde 4 stuks, kregen ter afstempeling van binnenkomende en uitgaande brieven een rondstempel, overeenkomstig het dagtekeningstempel uit 1829, waarin het woord " VELDPOST " met datum en het nummer van het veldpostkantoor. |
Tijdens de veldtochtvoorbereidingen zijn de stempels nr. 1, 2 en 3 in de kampementen gebruikt waarin de troepen belast met de grensbewaking gelegerd waren. Na de veldtocht tegen België werden de stempels 1, 3 en 4 als kampstempels gebruikt. Voor het Kamp bij Rijen was dat stempel nr. 1, in het Kamp bij Oirschot de stempels nr. 3 en 4. |
Stempel | Gebruikt op lokatie | Bekende data |
---|---|---|
Hoofdkwartier te BREDA |
1831, augustus |
|
BREDA
KAMP BIJ RIJEN KAMP BIJ RIJEN KAMP BIJ RIJEN KAMP BIJ RIJEN |
1831, 12 juni
1831, 10 juli 1832, 08 juli 1832, 01 augustus 1833, 03 juni, 08 juni |
|
TURNHOUT
DIEST / WEBBEKOM CORSTENDONCK GHEEL TIENEN / TIRLEMONT SCHAFFEN LEUVEN HASSELT St. TRUYEN / MELVEREN KAMP BIJ RIJEN KAMP BIJ RIJEN |
1831, 04 augustus
1831, 07 augustus 1831, 05 augustus 1831, 04 en 08 augustus 1831, 11, 12 en 14 augustus Onbekend 1831, 10, 12 en 13 augustus 1831, 17 en 18 augustus 1831, 10 augustus 1832, 13 augustus 1836, 20 juli |
|
DIEST
HASSELT BEST BEST KAMP BIJ OIRSCHOT |
1831, 14 en 15 augustus
1831, 09 en 15 augustus 1832, 20 september 1832, 05 oktober 1834, 09 juli |
|
KAMP BIJ OIRSCHOT
KAMP BIJ OIRSCHOT |
1832, juni en 04 juli
1834, 28 juni |
De Veldpost is t/m mei 1836 in bedrijf geweest. De kosten van het leger liepen zo hoog op dat overbodige eenheden werden opgeheven. Gevolg was dat er door de geringere bezetting in de kampen steeds minder gebruik gemaakt werd van de veldpost omdat men vaker de post via Eindhoven of Tilburg verzond. Hierop werd, in het voorjaar van 1836, besloten de Veldpostkantoren te sluiten. |
Een lange periode ( bijna zeventig jaar ) vernam men niets meer van de veldpost totdat deze in 1904 opnieuw werd opgericht. Voor de manoeuvres van dat jaar werd bij Dienstorder en Mededeling B 454 Nº 16092 van 25 augustus 1904 bepaald dat een veldpostkantoor gevestigd zou zijn te VEGHEL , van 6 tot 8 september, te HELMOND , van 8 tot 10 september, en te EINDHOVEN , van 10 tot 15 september, zijnde het einde van de manoeuvre. Voor deze manoeuvre werd het grootrondstempel VELDPOSTKANTOOR gebruikt. |
Het publiek diende, naast de naam en het onderdeel van geadresseerde ook aan te geven: |
De tekst " VELDPOSTKANTOOR " werd gekozen om zowel strategische redenen, men wilde niet verraden waar men zich bevond, als om redenen van postale aard, het veldpostkantoor verplaatste zich regelmatig zodat enkel een algemene benaming kon dienen. |
Voor de oefening van 1905 bepaalde Dienstorder 333 van 30 augustus 1905 Nº 18900 dat ten behoeve van de troepen die van 6 tot en met 14 september in ZUID-LIMBURG oefenden een bijzondere postdienst zou worden ingericht welke, evenals het jaar daarvoor, in samenwerking met de bestaande dienst van post- en hulpkantoren zal worden uitgevoerd door een veldpostkantoor. Het veldpostkantoor zal t/m 12 september 1905 te VALKENBURG ( Lb. ) en daarna te MAASTRICHT gevestigd zijn. |
Aan het publiek is verzocht om op de adressen van de brieven en andere stukken bestemd voor de oefenende troepen, behalve de naam van de geadresseerde, ook te vermelden het korps en onderdeel waartoe hij behoort en daarbij als plaats van bestemming: |
Wederom werd het grootrondstempel VELDPOSTKANTOOR gebruikt. |
De ervaringen over de uitvoering van de veldpostdienst leidden er toe e.e.a in regelingen vast te leggen. Het bestaande voorschrift "DIENST DER VELDPOST BIJ HET MOBIELE LEGER" was uitgegeven bij Koninklijk Besluit 86 van 27 april 1831 en moest nodig worden aangepast. Daarom verscheen er in 1906 een "VOORSCHRIFT betreffende de Regeling van de Veldpost bij GROOTE MANOEUVRES", ook genoemd "Voorschrift Manoeuvre-veldpost". Dit voorschrift geeft aanwijzingen over personeel, taakstelling en functioneren van de veldpost. |
In 1906 werden grote cavalerie-manoeuvres gehouden van 9 tot 16 augustus, waarbij het veldpostkantoor t/m 11 augustus te OIRSCHOT en tot 16 augustus te SCHIJNDEL gevestigd was ( Dienstorder 344 Nº 18618 van 2 augustus 1906 ). |
Als plaats van bestemming diende op de correspondentie geschreven te worden: |
Ook ditmaal werd daarvoor het reeds genoemde stempel VELDPOSTKANTOOR gebruikt. |
In 1907 werd dit stempel nogmaals gebruikt bij de grote manoeuvres in GELDERLAND van 4 tot 12 september, achtereenvolgens te APELDOORN en te ARNHEM . Als plaats van bestemming was aan te geven: |
De voor de troepen bestemde brieven en dergelijke dienden door de postkantoren onder bundel t/m 8 september naar APELDOORN en daarna naar ARNHEM gestuurd te worden. |
Dat jaar trad het veldpostkantoor nogmaals in werking bij de kustmanoeuvres in NOORD- en ZUID-HOLLAND van 18 tot en met 25 september ( Dienstorder 438 van 12 september Nº 3397s ), waarbij het t/m 20 september te LEIDEN en daarna te DELFT was gevestigd. Plaats van bestemming moest luiden: |
In 1908 werden twee oefeningen gehouden, namelijk van 14 tot en met 23 september in de Nieuwe Hollandse Waterlinie met een veld- postkantoor te GORINCHEM , terwijl bij BREDA manoeuvres werden gehouden van 16 tot en met 23 september met een veldpostkantoor in BREDA . Voor de eerste oefening diende als plaats van bestemming te worden opgegeven: |
voor de andere oefening: |
( Dienstorder 390 van 11 september 1908 Nº 4409s ). Bij al deze oefeningen verzorgde de veldpost de correspondentie van beide partijen, hetgeen op zich geen juiste procedure was. |
Dit veranderde in 1909 bij de grote manoeuvres van 15 tot en met 20 september. Beide partijen kregen een eigen veldpostkantoor, het één gevestigd in AMERSFOORT het andere te WAGENINGEN . De correspondentie diende behalve naam, korps en onderdeel tevens te vermelden: |
c.q.: |
( Dienstorder 164 van 9 september 1909 Nº 4485 ).
Dit was tevens de laatste keer dat het grootrondstempel VELDPOSTKANTOOR werd gebruikt. |
De inmiddels vernieuwde regelingen, met gelijktijdig meerdere kantoren in bedrijf, leidde er toe de kantoren elk een eigen nummer te geven. In januari 1910 werden dan ook de typenraderstempels VELDPOST KANTOOR 1 t/m 4 aangemaakt en aan de veldpost verstrekt. |
Van 17 tot en met 26 augustus 1910 werden de grote manoeuvres aan het LEKACCES gehouden ( Dienstorder 166 van 11 augustus 1910 Nº 3853 ). Het correspondentieadres voor deze oefening luidde: |
Bij deze oefening was slechts VELDPOST-KANTOOR 1, gevestigd in Fort HONSWIJK bij CULEMBORG in werking. Dit veldpostkantoor maakte tevens gebruik van het administratieve naamstempel VELDPOSTKANTOOR , hetgeen ook in 1909 te WAGENINGEN was gebruikt. |
Van 9 tot en met 14 september 1910 werden nog bovendien grote cavalerie manoeuvres gehouden in NOORD-BRABANT , waarvoor een veldpostkantoor te UDEN werd ingericht. |
Correspondentie voor deze oefening diende te vermelden: |
( Dienstorder 188 van 1 september 1910 Nº 4143 ). |
Nogmaals diende daar het typenraderstempel VELDPOST KANTOOR 1 . De andere stempels VELDPOST KANTOOR ( 2, 3 en 4 ) werden nimmer gebruikt. |
In 1911 werden weer leger- manoeuvres gehouden en ditmaal zou iedere partij weer zijn eigen veldpostkantoor krijgen. Daarnaast werd het wenselijk geacht alle correspondentie naar een centraal militair kantoor te dirigeren, dit kantoor zorgde dan voor verzending aan de veldpostkantoren. |
Nieuwe typenraderstempels werden aangemaakt en bij de legermanoeuvres van 21 tot en met 27 september 1911 traden in werking : |
|
De plaatsen HARDERWIJK en 's HERTOGENBOSCH waren slechts de uitgangspunten van de beide partijen en de Divisiecommandanten dienden van dag tot dag bekend te maken waar hun veldpostkantoor gevestigd zou zijn. |
Brieven en verdere stukken voor de beide divisies diende men te verzenden aan het EXPEDITIEKANTOOR VELDPOST A ( Dienstorder 210 van 12 september 1911 Nº 4283 ).
Naast korps en onderdeel werd het publiek verzocht te vermelden: |
De voor de troepen bestemde correspondentie behoorde zoveel mogelijk onder bundelstrook te worden verzonden, teneinde te kunnen worden opgenomen in de afzonderlijke brievenmalen. |
Werd de correspondentie van een aan een manoeuvre deelnemende militair voorzien van een deugdelijk opgegeven adres ter plaatse, dan werd dit in de gewone postbestelling opgenomen en diende men alleen bij onbestelbaarheid van de veldpostdienst gebruik te maken. |
Zodoende ontving het expeditiekantoor veldpost te UTRECHT zoveel mogelijk in bundel. Het expeditiekantoor had lijsten met de deelnemende troepen en de daarbij behorende veldpostkantoren en zond de gesorteerde correspondentie door naar de veldpostkantoren ter verdere distributie. |
Omstreeks deze tijd werden aan de veldpostkantoren ook de naamstempels voor administratief gebruik verstrekt. |
Van voornoemde oefening zijn slechts bekend de stempels VELDPOST 1 en EXPEDITIEKANTOOR VELDPOST A , terwijl het stempel VELDPOST 2 vermoedelijk niet is gebruikt. |
In 1912 werden daarna aangemaakt en verstrekt de typenraderstempels VELDPOST 3 en VELDPOST 4 , alsmede naamstempels met gelijke tekst en in het zelfde type als de stempels van 1911. |
Bij de oefeningen in 1912 diende alleen het stempel VELDPOST 1 en wel van 23 tot en met 25 september te MIJDRECHT en op 26 en 27 september te NES AAN DE AMSTEL . |
In het daarop volgende jaar werd het stempel VELDPOST 1 wederom gebruikt door een veldpostkantoor te HELDER tijdens de kustmanoeuvres van 8 tot en met 13 september 1913. |
Van 22 tot en met 25 september 1913 werd weer een grote legermanoeuvre gehouden. De IIe en de IVe Divisie vormden de westpartij met elk een veldpostkantoor, VELDPOST 2 te ARNHEM en VELDPOST 3 te VOORTHUIZEN . |
De oostpartij had een veldpostkantoor te RIJSSEN ter beschikking dat het stempel VELDPOST 1 zou gaan gebruiken. Dit stempel raakte zoek en in allerijl werd een ander stempel aangevraagd, waarop stempel VELDPOST 4 werd toegewezen. Op 23 september 1913 werd dit stempel in gebruik genomen. |
Het boven deze veldpostkantoren staande expeditiekantoor was gevestigd te ZUTPHEN en gebruikte het stempel EXPEDITIEKANTOOR VELDPOST A . Inmiddels was een nog meer uitgebreide organisatie ontworpen van de veldpostdienst, hetgeen resulteerde in de uitgifte van het "Voorschrift tot regeling van den Veldpostdienst" van 1912. Hierbij werd voorzien in de mogelijkheid van meerdere expeditiekantoren veldpost en daarboven nog een hoofdexpeditie veldpost. |
HOOFDEXPEDITIE VELDPOST werd gevestigd te 's GRAVENHAGE . Dit kantoor ontving zijn te verzenden stukken van de Departementen van Oorlog en Marine, Opperbevelhebber, Hoofdintendant enz. enz. alsmede van de Rijkspost alle brieven aan militairen uit het hele land waar de post- en hulpkantoren geen raad mee wisten. |
Hoofdexpeditie veldpost distribueerde aan de expeditiekantoren veldpost A, B en C. De expeditiekantoren dienden alle binnenkomende post te voorzien van een stempel alvorens deze verder te verzenden. |
Het expeditiekantoor A, bestemd voor het Veldleger, tot half oktober 1914 gevestigd te 's HERTOGENBOSCH en daarna te OOSTERHOUT , had in het begin zoveel post te verwerken ( en dus stempels te plaatsen ), dat een tweede stempel noodzakelijk was. Dit tweede stempel vertoonde de merkwaardige spelfout EXPEDIETIEKANTOOR VELDPOST A . |
Deze spelfout bleek echter geen beletsel te zijn voor het gebruik. Het werd in de beginperiode regelmatig gebruikt, tot november 1915, en daarna alleen nog bij drukke dagen. |
Als nieuwe stempels werden in gebruik genomen : |
|
Tevens werden van het typenraderstempel VELDPOST een aantal nieuwe nummers aangemaakt en verstrekt ( nummers 5 tot en met 12 en vanaf 1917 ook nummer 13 ). |
De locatie van de veldpostkantoren was als volgt : |
VELDPOST 1 | 's GRAVENHAGE | t.b.v. de Ie Divisie. |
VELDPOST 2 | ARNHEM | t.b.v. de IIe Divisie. |
VELDPOST 3
VELDPOST 3 VELDPOST 3 |
BREDA ( 05.08.1914 - ??.08.1914 )
EINDHOVEN ( ??.08.1914 - 31.09.1914 ) OUDENBOSCH ( 01.10.1914 - einde ) |
t.b.v. de IIIe Divisie.
t.b.v. de IIIe Divisie. t.b.v. de IIIe Divisie. |
VELDPOST 4
VELDPOST 4 VELDPOST 4 |
AMERSFOORT ( 05.08.1914 - 16.08.1914 )
TILBURG ( 17.08.1914 - ?? ) DEN BOSCH ( ??.??.1916 - einde ) |
t.b.v. de IVe Divisie.
t.b.v. de IVe Divisie. t.b.v. de IVe Divisie. |
VELDPOST 5 | NUMANSDORP | t.b.v. het Hollands Diep. |
VELDPOST 6 | HELLEVOETSLUIS | t.b.v. de Maas en het Haringvliet. |
VELDPOST 7 | WILLEMSTAD | t.b.v. het Volkerak. |
VELDPOST 8 | OOLTGENSPLAAT | t.b.v. het Volkerak. |
VELDPOST 9 | DEN HELDER | t.b.v. de Stelling Den Helder. |
VELDPOST 10 | AMSTERDAM | t.b.v. de Stelling Amsterdam. |
VELDPOST 11
VELDPOST 11 VELDPOST 11 |
BEST ( 11.08.1914 - ??.08.1914 )
ETTEN ( ??.08.1914 - 26.06.1916 ) BOXTEL ( 27.06.1916 - einde ) |
t.b.v. de Cavalerie Brigade.
t.b.v. de Cavalerie Brigade. t.b.v. de Cavalerie Brigade. |
VELDPOST 12
VELDPOST 12 VELDPOST 12 |
EINDHOVEN ( 06.10.1914 - 24.01.1916 )
ROERMOND ( 24.01.1916 - 26.06.1916 ) MIDDELBURG ( vanaf 26.06.1916 - einde ) |
t.b.v. de X Brigade Ie Divisie.
t.b.v. de X Brigade Ie Divisie. t.b.v. de Troepen in Zeeland. |
VELDPOST 13
VELDPOST 13 |
EINDHOVEN ( 23.01.1916 - 26.06.1916 )
BREDA ( 27.06.1916 - einde ) |
t.b.v. de IVe Divisie.
t.b.v. de IIIe Divisie. |
In principe was de Veldpost alleen werkzaam voor de troepen te velde, waarbij aangetekend dat het Veldleger wel degelijk in kazernes of kampen was gelegerd. |
De Veldpostkantoren dienden alle binnenkomende post van een dagtekenstempel te voorzien. Stukken waarbij men niet op de hoogte was van de standplaats van de geadresseerden werden teruggestuurd naar de Hoofdexpeditie. Later, toen de standplaatsen meer bekend waren, wisselden de Veldpostkantoren vaker onderling uit en werden de Expeditiekantoren meer van hun informatie en distributie taak ontheven. Ook de Rijkspost zond toen de poststukken direkt aan het dichtstbijzijnde Veldpostkantoor, en in de laatste oorlogsjaren zelfs direkt aan de militair als de adressering enigszins bekend was. |
Van de Veldpost werd daarna enkel nog gebruik gemaakt indien het adres onduidelijk of onbekend was of als het adres de aantekening VELDPOST bevatte. |
Op 11 november 1918 te 11.00 uur eindigde na 4 jaren de Eerste Wereldoorlog en begon men in Nederland aan de demobilisatie, hetgeen nog tot eind 1919 zou duren. |
De veldpostkantoren werden per 28 december 1918 gesloten, met uitzondering van de Hoofdexpeditie Veldpost, welk kantoor tot 28 juni 1919 nog in bedrijf bleef. |
Na de Eerste Wereldoorlog trad de Veldpostdienst incidenteel op bij oefeningen van het Veldleger. Een overzicht hiervan vindt U onder de knop " Veldpostkantoor " hiernaast. |
Begin 1938 werden voor de grote oefening van dat jaar nieuwe stempels VELDPOST 13 aangemaakt met stempelnummer 1 en 2 en begin 1939 volgden de nieuwe stempels voor de Expeditiekantoren A en B, en de Veldpostkantoren 2 en 9. |
In april van dat jaar kwam bij de mobilisatie van de grenstroepen ( Bijzondere Oproep Uitwendige Veiligheid ) de Veldpost gedeeltelijk in bedrijf en wel met onderstaande kantoren : |
HOOFD
EXPEDITIE VELDPOST |
GRAVENHAGE | t.b.v. het Algemeen Hoofdkwartier, Vesting Holland,
de Stelling Den Helder en het Commando Zeeland |
VELDPOST 10 | HERTOGENBOSCH | t.b.v. de Staf Territoriale Bevelhebber N-Brabant. |
VELDPOST 11 | APELDOORN | t.b.v. de Staf Territoriale Bevelhebber Overijssel. |
VELDPOST 12 | GRONINGEN | t.b.v. de Staf Territoriale Bevelhebber Friesland. |
VELDPOST 13 | MAASTRICHT | t.b.v. de Staf Territoriale Bevelhebber Zuid-Limburg. |
Op 1 juli 1939 werd bij Dienstorder Nº 353 van 21 juni 1939 wederom de Veldpost opgeheven, met uitzondering van HOOFDEXPEDITIE VELDPOST, welk kantoor nog tot 7 juli van dat jaar in bedrijf bleef. |
De indeling van de kantoren was ( vanaf 23 augustus ) als volgt : |
HOOFD
EXPEDITIE VELDPOST |
's GRAVENHAGE | t.b.v. het Algemeen Hoofdkwartier |
EXPEDITIE
VELDPOST A |
UTRECHT | t.b.v. het Hoofdkwartier van het Veldleger. |
EXPEDITIE
VELDPOST B |
LEIDEN | t.b.v. de Staf Westfront Vesting Holland. |
VELDPOST 1 | 's GRAVENHAGE | t.b.v. het Ie Legerkorps. |
VELDPOST 2 | UTRECHT | t.b.v. het IIe Legerkorps. |
VELDPOST 3 | 's HERTOGENBOSCH | t.b.v. het IIIe Legerkorps. |
VELDPOST 4 | UTRECHT | t.b.v. het IVe Legerkorps. |
VELDPOST 5 | BOXTEL | t.b.v. de Lichte Divisie. |
VELDPOST 6 | GOUDA | t.b.v. de Staf Oostfront Vesting Holland. |
VELDPOST 7 | OUD-BEIJERLAND | t.b.v. de Staf Zuidfront Vesting Holland |
VELDPOST 8 | DEN HELDER | t.b.v. de Staf Stelling Den Helder. |
VELDPOST 9 | MIDDELBURG | t.b.v. de Staf Commando Zeeland. |
VELDPOST 10 | 's HERTOGENBOSCH | t.b.v. de Staf Territoriale Bevelhebber N-Brabant. |
VELDPOST 11 | APELDOORN | t.b.v. de Staf Territoriale Bevelhebber Overijssel. |
VELDPOST 12 | GRONINGEN | t.b.v. de Staf Territoriale Bevelhebber Friesland. |
VELDPOST 13 | MAASTRICHT | t.b.v. de Staf Territoriale Bevelhebber Zuid-Limburg. |
Na de oorlogsdagen van mei 1940 werd op 31 mei 1940 de veldpostdienst opgeheven.
( Voor VELDPOST 3 werd dit 4 juni en voor de HOOFDEXPEDITIE VELDPOST eind juni van dat jaar ) |
Gedurende de overige oorlogsjaren werd veelal gebruik gemaakt van de Britse Veldpost, waar nederlands personeel aanwezig was met een eigen stempel en eigen sluitzegels. |
Ook de Prinses Irene Brigade had een eigen postdienst waarbij het stempel
POST OFFICE ROYAL DUTCH BRIGADE PRINCESS IRENE gebruikt werd. |
In de loop van 1944 kreeg men de beschikking over het stempel: FIELD POST OFFICE 851 |
Tot 1 augustus 1947 is er in Londen een Nederlands Veldpostkantoor aanwezig in verband met de vele personeelsmutaties. Het kantoor maakte gebruik van een rondstempel VELDPOST / LONDEN en een langstempel VELDPOST - LONDON . |
Tijdens en na de oorlog werd er op verschillende lokaties in Londen ook gebruik gemaakt van diverse MACHINESTEMPELS. De nummers M-111 , N-295 en N-359 zijn bekend. |
Na de bevrijding was de Nederlandse Veldpost-dienst wederom in werking ten behoeve van de troepen in voormalig NEDERLANDS INDIË . De post voor hen werd verzonden via het PTT expeditiekantoor op SCHIPHOL . |
Vervolgens was er vanaf 23 november 1950 een Nederlands Detachement Verenigde Naties ( NDVN ) aanwezig in KOREA bij het conflict aldaar. Ook hun post werd verzonden via SCHIPHOL . Om te voorkomen dat de geadresseerden in Nederland strafporto moesten betalen dienden alle brieven te worden gestempeld met PORT BETAALD / AMSTERDAM , PORTVRIJ / UITREIKEN / AMSTERDAM / SCHIPHOL en later
PORTVRIJ UITREIKEN / Exp.bur. Asd/Schiphol of
Uitreiken zonder portheffing / Postkantoor 's Gravenhage .
Voor de Nederlandse veldpost is hier de aanduiding NAPO ( Netherlands Army Post Office ) ontstaan, een afkorting waaronder onze veldpostkantoren ook nu nog bekend staan. Post voor de leden van het NDVN diende in de adressering na de afkorting NAPO te worden gevolgd door 5100, of door 5101 voor de liaisongroep in JAPAN . De Nederlandse deelname heeft geduurd tot 1953. |
Na de reorganisatie in 1951 trad de Veldpost op in zijn huidige vorm, waarbij Hoofdexpeditie en Expeditiekantoren zijn afgeschaft. Tevens werd het aantal stempels uitgebreid tot 99, welke voor mobilisatie werden opgelegd.
Bij grote oefeningen in NEDERLAND , BELGIË , FRANKRIJK en WEST-DUITSLAND trad de veldpostdienst weer in werking met kantoren t.b.v. de oefenende troepen. Een gedetailleerd overzicht vindt U hiervan bij het onderwerp " Veldpostkantoor ". |
Incidenteel werd daarna de Veldpost ook ingeschakeld bij militaire gebeurtenissen of manifestaties van de Krijgsmacht, voorbeelden hiervan zijn de kantoren en brievenbussen op de diverse tentoonstellingen en de "Open Dagen" e.d. |
Vanaf 1958 werd de post die bestemd was voor de Nederlandse Militairen in NEDERLANDS NIEUW-GUÏNEA ( NAPO 5500 ) verzonden via het Marinepostkantoor in Biak.
Na oplopen van de spanningen vanaf 1960 werd de sterkte van Nederlandse troepen opgevoerd en kwam in 1962, tijdens het conflict, de Veldpost in bedrijf met de volgende kantoren: |
Plaats | NAPO | Stempel |
---|---|---|
BIAK | 5500 | Veldpost 96 |
BIAK | 5500 | Veldpost 99 |
SORONG | 5512 | Veldpost 97 |
HOLLANDIA | 5523 | Veldpost 98 |
FAK-FAK | 5534 | Geen |
KAIMANA | 5545 | Geen |
MERAUKE | 5556 | Geen |
Van deze kantoren werd SORONG als laatste op 7 november 1962 gesloten.
Van het MARINEPOSTKANTOOR BIAK is nog post van latere datum bekend. |
Vanaf 1960 werden in WEST-DUITSLAND t.b.v. de aldaar gelegerde Nederlandse militairen onderstaande permanente veldpostkantoren ingericht : |
Plaats | Vanaf | NAPO | Stempel |
---|---|---|---|
HANDORF | 19.02.1960 | 290 > 890 | Veldpost 37 |
HOHNE | 17.10.1961 | 271 > 871 | Veldpost 96 |
SEEDORF | 09.1963 | 880 | Veldpost 49 |
MÖNCHEN GLADBACH | 21.07.1965 | 861 | Veldpost 75 |
HESEPE | 21.07.1965 | 891 | Veldpost 76 |
HESSISCH OLDENDORF | 21.07.1965 | 897 | Veldpost 77 |
SCHOPPINGEN | 16.08.1972 | 895 | Veldpost 77 |
LANGEMANNSHOF | 06.08.1973 | 875 | Veldpost 35 |
BLOMBERG | 01.06.1975 | 896 | Veldpost 75 |
STOLZENAU | 01.06.1975 | 898 | Veldpost 37 |
HEIDELBERG | 21.04.1993 | 849 | Veldpost 49 |
RAMSTEIN | 23.04.1993 | 899 | Veldpost 99 |
In Nederland kwam te UTRECHT een Hoofdveldpostkantoor met de stempels 35, 44 en 36. |
Van november 1969 tot maart 1970 werd door het personeel van de Genie Constructie Compagnie, dat in TUNESIË hielp bij de overstromingsramp, vanuit hun tentenkamp te Sidi-Bou-Ali eveneens gebruik gemaakt van de Veldpost. |
De poststukken afkomstig van militairen aldaar konden ongefrankeerd worden verzonden en kregen dan te UTRECHT het stempel PORT BETAALD / VELDPOST UTRECHT , met daarbij wel of niet een dagtekenstempel van het hoofdveldpostkantoor. |
Ook de post van leden van het detachement van 108 Lichte Transportcompagnie, welke vanaf half augustus 1974 tot begin november 1974 hielpen in SOEDAN, werd op gelijke wijze afgehandeld, met dien verstande dat er altijd een dagtekenstempel geplaatst werd. |
Vanaf eind februari 1979 nam Nederland met een Pantserinfanterie bataljon deel aan de missie UNIFIL. Deze post uit LIBANON kon vanaf 6 maart 1979 ongefrankeerd via Beirut worden verzonden. |
De post werd in Libanon eerst voorzien van een stempel VELDPOST 25 c.q. VELDPOST 95 of, indien het de bundel of pakketten betrof, VELDPOST 19. Bij aankomst in UTRECHT werd vervolgens het hierboven getoonde stempel PORT BETAALD / VELDPOST UTRECHT geplaatst.
Een korte tijd later werd hiervoor één van de onderstaande stempels gebruikt. |
Ook de correspondentie vanuit de SINAÏ ( MFO met als Nederlandse bijdrage een staf-, verbindings- en een marechausseedetachement ) werd in UTRECHT gestempeld met een PORT BETAALD / VELDPOST UTRECHT stempel en het Veldpost stempel nummer 49. Vanaf 1984 kreeg de fakteur het stempel PORT BETAALD / VELDPOST UTRECHT en werd bij aankomst in Utrecht het datumstempel van het centraal veldpostkantoor geplaatst. |
Om verschillende redenen wisselden de stempelnummers per kantoor regelmatig en het geven van een opsomming hiervan zou in dit gedeelte te ver voeren, detail informatie hierover vindt U in het deel "Veldpostkantoor". |
Vanaf 1 januari 1984 werden in Duitsland bij de 7 permanente veldpostkantoren de eerste FRANKEERMACHINES ingevoerd. Voor het Centrale Veldpostkantoor te Utrecht was er op dat moment geen machine beschikbaar. |
|
Afganistan |
||
ISAF ( International Security Assistance Force ) |
||
Nederlandse periode | : | 10 januari 2002 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | Koninklijke Marine;
Drie fregatten Drie mijnenjagers Vier P-3C Orion maritiem patrouillevliegtuigen Eén onderzeeboot Koninklijke Luchtmacht; Zes F-16 Fighting Falcons ( onder voorbehoud ) Eén C130H-30 Hercules transportvliegtuig Eén KDC-10 tanker/transportvliegtuig Koninklijke Landmacht; Een compagnie Luchtmobiele Brigade Een peloton lange afstandverkenners van het Korps Commandotroepen Een geniecomponent Patria-pantservoertuigen |
Correspondentie naar deze militairen diende te worden verzonden aan het Centrale Veldpostkantoor te Utrecht. Van daar ging het met militair vervoer via NAPO 861 ( Duitsland , Rheindahlen ) naar NAPO 849 ( Duitsland , Heidelberg ). Vervolgens werd het door personeel van NAPO 849 in Darmstadt overgedragen aan de Duitse Veldpost-organisatie. Deze Duitse Veldpost-organisatie zorgt voor transport naar het Duitse Veldpostkantoor in Kabul in Afganistan alwaar de fakteurs van de Nederlandse eenheden de post op kunnen halen. | ||
Albanië |
||
OVSE ( Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa ) |
||
Nederlandse periode | : | 24 maart 1997 - |
Nederlandse bijdrage | : | 2 Officieren |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
MAPE ( Multi Advisory Police Element ) |
||
Nederlandse periode | : | 24 maart 1997 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | 8 Marechaussees |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
AFOR ( Albanian FORce ) |
||
Nederlandse periode | : | tot 16 augustus 1999 |
Nederlandse bijdrage | : | Bataljonshoofdkwartier
Beveiligingscompagnie Korps Mariniers Transporteenheid Koninklijke Landmacht Chinook detachement van de Koninklijke Luchtmacht Detachement Koninklijke Marechaussee Amfibisch transportschip van de Koninklijke Marine |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Angola |
||
UNAVEM I ( United Nations Angola VErification Mission I) |
||
Nederlandse periode | : | 1 januari 1989 - 25 mei 1991 |
Nederlandse bijdrage | : | 2 Mijnen-Instructeurs aan de school ( CMATS ) te Luanda |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
UNAVEM II ( United Nations Angola VErification Mission II) |
||
Nederlandse periode | : | 30 mei 1991 - 1 februari 1995 |
Nederlandse bijdrage | : | 2 Mijnen-Instructeurs aan de school ( CMATS ) te Luanda |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
UNAVEM III ( United Nations Angola VErification Mission III) |
||
Nederlandse periode | : | 1 februari 1995 - 30 juni 1997 |
Nederlandse bijdrage | : | 2 Mijnen-Instructeurs aan de school ( CMATS ) te Luanda
14 Militaire waarnemers |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
UNOPS ( United Nations Office for Project Services ) |
||
Nederlandse periode | : | 1 februari 1995 - 21 april 1999 |
Nederlandse bijdrage | : | 2 Mijnen-Instructeurs aan de school ( CMATS ) te Luanda ( tot eind 1998 ) |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Bosnia-Hercegovina |
||
UNMAC ( United Nations Mine Action Centre )
|
||
Nederlandse periode | : | december 1995 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | Een officier bij staf BHMAC |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
UNIPTF ( United Nations International Police Task Force ) | ||
Nederlandse periode | : | 1 september 1994 - 21 juni 1999 |
Nederlandse bijdrage | : | 55 Marechaussees |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Cambodia |
||
UNAMIC ( United Nations Advance Mission In Cambodia ) |
||
Nederlandse periode | : | 1 november 1991 - 15 maart 1992 |
Nederlandse bijdrage | : | 27 militairen ( Koninklijke Marine en Koninklijke Landmacht ) |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
UNTAC ( United Nations Transitional Authority in Cambodia ) |
||
Nederlandse periode | : | 12 maart 1992 tot 5 oktober 1993 |
Nederlandse bijdrage | : | Bataljon Mariniers
Detachement Koninklijke Luchtmacht |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
CMAC ( Cambodian Mine Action Centre ) |
||
Nederlandse periode | : | 10 juni 1992 tot 1 oktober 2000 |
Nederlandse bijdrage | : | 3 Militairen als technisch adviseur |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
UNDP ( United Nations Development Program ) |
||
Nederlandse periode | : | |
Nederlandse bijdrage | : | ? |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Canada |
||
Royal Netherlands Airforce Unit Goose Bay, Labrador |
||
Nederlandse periode | : | 14 april 1987 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | Klu detachement |
Het detachement is te klein voor een eigen veldpostkantoor waardoor een Klu-militair optreedt als fakteur. Deze militair reikt de post uit en neemt de post voor Nederland in ontvangst. Hij draagt ook zorg voor de verzending van de postzak(ken) naar Nederland waar in Utrecht de postale afhandeling plaatsvindt. De eerste zending naar Goose Bay ( NAPO 40 ) vond plaats op 14 april 1987. Voor de post naar Nederland gold de PORT BETAALD regeling. In Canada werd het stempel PORT BETAALD / VELDPOST UTRECHT geplaatst, waarna bij aankomst in Utrecht of het machinestempel UTRECHT VELDPOST met duif of het dagtekening-stempel van het centraal veldpostkantoor werd gebruikt. | ||
Cyprus |
||
UNFICYP ( United Nations Forces In CYPrus ) |
||
Nederlandse periode | : | 8 juni 1998 - 6 juni 2001 |
Nederlandse bijdrage | : | Een compagnie ter sterkte van circa 100 man
3 Marechaussees |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Ethiopia & Eritrea |
||
UNMEE ( United Nations Mission Ethiopia and Eritrea ) |
||
Nederlandse periode | : | november 2000 - juli 2001 |
Nederlandse bijdrage | : | Korps Mariniers ( Bataljon + )
Koninklijke Landmacht Koninklijke Luchtmacht Koninklijke Marechaussee |
De correspondentie van deze militairen loopt via het in Asmara ingerichte Veldpost-kantoor NAPO 1000. Het kantoor was niet zoals gebruikelijk bemand door ' veldpost-mensen ' doch door mariniers die zo goed mogelijk probeerden e.e.a. draaiende te houden. | ||
Vervolg periode | : | mei 2001 - 23 november 2001 |
Vervolg bijdrage | : | Koninklijke Marine : 4 officieren
Koninklijke Luchtmacht : 2 officieren ( allen werkzaam op HQ UNMEE ) |
De correspondentie van deze militairen wordt verzorgd door een van de nederlandse medewerkers op HQ UNMEE.
Nederland >>> Eritrea : de post dient te worden gezonden aan het Centrale Veldpostkantoor in Utrecht. Dit kantoor bied het op donderdag aan TNT aan, het bedrijf dat contractueel zorg draagt voor verzending naar Asmara ( per Lufthansa ). Gelijk na verzending stuurt het Centrale Veldpostkantoor een bericht aan de bovengenoemde medewerker van HQ UNMEE waarin opgenomen het depèche-nummer, aantal zakken, gewicht, aantal aangetekende stukken en het Airwaybill-number voor het volgen van de zending bij Lufthansa. Indien alles normaal verloopt wordt de post op vrijdag in Asmara ontvangen en draagt een medewerkster van TNT zorg voor het papierwerk op het vliegveld en komt vervolgens met de post naar HQ UNMEE. Eritrea >>> Nederland : op donderdagmiddag c.q. vrijdagmorgen dient alle post bij de medewerker ingeleverd te zijn. Hij maakt alle benodigde papieren en labels in orde, vraag Lufthansa om de Airwaybill op te maken met vermelding van aantal zakken, gewicht en datum verzending ( meestal dezelfde dag ). Vrijdagmiddag gaat de medewerker naar het vliegveld van Asmara, haalt bij de Lufthansa de Airwaybill op en brengt de verzending door de douane. Na inschrijving in het verzendboek en ondertekening van de diverse formulieren is de zending onderweg. Terug op HQ UNMEE wordt een bericht voor het Centrale Veldpostkantoor opgemaakt en verzonden, waarin vermeld staat het depèche-nummer, aantal zakken, gewicht, aantal aangetekende stukken en het Airwaybill-nummer. Daarnaast kunnen in het bericht eventuele bijzonderheden vermeld worden. Na aflevering door TNT van de postzak op het Centrale Veldpostkantoor te Utrecht worden de particuliere poststukken voorzien van frankering ( stempel PTT POST / Port Betaald ) en worden deze overgedragen aan de PTT. |
||
Na 23 november 2001 wordt de bijdrage teruggebracht to 2 officieren KM. Correspondentie van deze militairen zal lopen via de Nederlandse Ambassade in Asmara. | ||
MACC ( Mine Action Coördination Centre ) |
||
Nederlandse periode | : | mei 2001 tot 23 november 2001 |
Nederlandse bijdrage | : | 3 Onderofficieren Koninklijke Landmacht |
De correspondentie van deze militairen loopt via de Nederlandse medewerker bij HQ UNMEE. | ||
Irak |
||
UNSCOM ( United Nations Special Commission ) |
||
Nederlandse periode | : | 9 september 1990 - |
Nederlandse bijdrage | : | Een officier specialist NBC |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
PROVIDE COMFORT |
||
Nederlandse periode | : | 23 april 1991 - juli 1991 |
Nederlandse bijdrage | : | 1 Amfibische Gevechtsgroep ( 400 man/vrouw )
11e Geniehulpbataljon ( 600 man/vrouw ) |
Het opzetten van postverbindingen voor deze eenheden leek in eerste instantie eenvoudig, de Marine had zijn eigen systeem en voor de Landmacht lag de juist gesloten verbinding naar Diyarbakir in Turkije nog vers in het geheugen. Voor de Mariniers zag de praktijk er wel wat anders uit. De eerste 2 weken kwam er maar 1 brief over en dat was via het veldpostkantoor van de Landmacht.
Met de ervaring van NAPO 85 en 55 werd besloten een veldpostkantoor ( NAPO 70 ) mee te zenden met het Geniehulpbataljon. De post werd per luchtpost ( militair ) vervoerd naar Diyarbakir en van daar per heli en wegvervoer, naar gelang de gewichtsklasse, naar Zakho ( NAPO 70 ). Deze postverbinding liep zo goed dat de Marine besloot om vervolgens ook hun post via NAPO 70 te laten lopen. Een en ander hield voor het veldpostpersoneel wel in dat zij, na het vertrek van 11 Gnhulpbat, nog in Irak moesten blijven om het kantoor t.b.v. de mariniers open te houden. Nadat ook het mariniersdetachement werd afgebouwd werd het veldpostkantoor op 24 juni 1991 vervangen door een fakteursbestemming met behoud van het adres NAPO 70. |
||
Israël |
||
DESERT STORM ( Golf-oorlog ) |
||
Nederlandse periode | : | 19 februari 1991 - 24 maart 1991 |
Nederlandse bijdrage | : | Patriot eenheid ( 70 man/vrouw ) |
De in Jerusalem opgestelde eenheid was te klein voor een eigen veldpostkantoor zodat er een militair werd aangesteld als fakteur van NAPO 65. Hij droeg zorg voor het verspreiden, innemen en verzenden van de post voor de eenheid. De verzending naar Israël ging per luchtpost tot Tel Aviv vanwaar het bij de eenheid bezorgd werd. De eerste zending kwam bij de eenheid aan op 25 februari terwijl op 11 maart pas de eerste post in Utrecht kwam. Laatste zending naar Israël werd verzonden op 22 maart terwijl de laatste naar Nederland aankwam op 27 maart. | ||
Italië |
||
DFEDG ( Deny Flight Endavor Deliberate Guard ) |
||
Nederlandse periode | : | 14 april 1993 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | Een squadron F16 + ??? |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Kosovo |
||
Eagle Eye |
||
Nederlandse periode | : | |
Nederlandse bijdrage | : | 1 P-3C Orion van de Koninklijke Marine |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Allied Force |
||
Nederlandse periode | : | 24 maart 1999 - 10 juni 1999 |
Nederlandse bijdrage | : | 20 x F-16 van de Koninklijke Luchtmacht
2 KDC-10 tankvliegtuigen van de Koninklijke Luchtmacht 1 Fregat van de Koninklijke Marine 1 P-3C Orion van de Koninklijke Marine |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
KFOR ( Kosovo FORce ) |
||
Nederlandse periode | : | 1 juni 1999 - mei 2000 |
Nederlandse bijdrage | : | 11e Geniehulpbataljon
11e Afdeling Rijdende Artillerie ( " Gele Rijders " ) National Support Element Contingentscommando |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
UNMIK CIVPOL ( United Nations Mission In Kosovo CIVilian POLice ) |
||
Nederlandse periode | : | oktober 1999 - augustus 2000 |
Nederlandse bijdrage | : | 1 Officier Koninklijke Marechaussee |
De correspondentie van deze militair ...................... | ||
OVSE ( Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa ) |
||
Nederlandse periode | : | volgt |
Nederlandse bijdrage | : | 1 Officier |
De correspondentie van deze militair ...................... | ||
Macedonië |
||
EFOR ( Extraction FORce ) |
||
Nederlandse periode | : | december 1998 - april 1999 |
Nederlandse bijdrage | : | Helikopter detachement KLu
Genie compagnie Ambulance detachement 20 staffunctionarissen t.b.v. het hoofdkwartier EFOR Artillerie eenheid |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
ESSENTIAL HARVEST |
||
Nederlandse periode | : | 22 augustus 2001 - 2 oktober 2001 |
Nederlandse bijdrage | : | 1 compagnie Luchtmobiel + |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
AMBER FOX |
||
Nederlandse periode | : | juni 2002 - oktober 2002 |
Nederlandse bijdrage | : | 350 militairen afkomstig van 41 en 43 Gemechaniseerde Brigade, Staf 1e Divisie, Koninklijke Marine, Koninklijke Luchtmacht en de Koninklijke Marechaussee. |
De correspondentie van deze militairen .................... |
Midden-Oosten |
||
UNTSO ( United Nations Truce Supervision Organisation ) |
||
Nederlandse periode | : | 1 januari 1956 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | 11 Militairen ( KL, KLu en KM ) als waarnemer |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Moldavië |
||
OVSE ( Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa ) |
||
Nederlandse periode | : | mei 1993 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | Een militair als waarnemer |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
Mozambique |
||
UNOMOZ ( Mine Clearence ) |
||
Nederlandse periode | : | augustus 1993 - januari 1995 |
Nederlandse bijdrage | : | Detachement NL Genisten ( 24 man totaal ) |
Tot december 1993 bestond het NL detachement uit 2 man welke in Maputo verbleven. Hun post werd verzonden via de nederlandse ambassade in Maputo.
Na aankomst van de rest van de medewerkers in december vertrok het hele detachement naar Beira. Het detachement was te klein voor een eigen veldpostkantoor en dus waren twee deelnemers door het Centrale Veldpost Kantoor ( CVK ) gedurende een dag opgeleid tot fakteur. Zij dienden twee maal per week de post te halen c.q. te brengen naar het civiele postkantoor te Beira/Tete. De verzending van en naar Nederland vond plaats met de reguliere civiele postzendingen via Schiphol en Maputo en was gemiddeld twee weken onderweg, hetgeen na wijziging van de luchtpost-route opliep tot vier weken. Het niveau van postbehandeling lag niet erg hoog en regelmatig kwam het voor dat post niet aankwam of door ruwe behandeling beschadigd was. Post naar Nederland viel onder de PORT BETAALD regeling en werd in Utrecht door het CVK met het machinestempel UTRECHT VELDPOST afgestempeld. De laatste maand bestond de missie weer uit twee man om de laatste zaken af te wikkelen. Zij verbleven daarvoor weer in Maputo maar of er in die periode gebruik is gemaakt van de toch al slecht lopende postdienst is niet waarschijnlijk. |
||
Namibië |
||
UNTAG ( United Nations Transition Assistance Group ) |
||
Nederlandse periode | : | maart 1989 - maart 1990 |
Nederlandse bijdrage | : | Nederlands detachement ( ruim 60 man ) Koninklijke Marechaussee |
Het detachement is te klein voor een eigen veldpostkantoor waardoor één van de militairen optreedt als fakteur. Deze militair reikt de post uit en neemt de post voor Nederland in ontvangst. Hij draagt ook zorg voor de verzending van de postzak(ken) naar Nederland waar in Utrecht de postale afhandeling plaatsvindt. De eerste zending naar Namibië ( NAPO 50 ) vond plaats op 23 maart 1989. Voor de post naar Nederland gold de PORT BETAALD regeling. In Utrecht werd of het machinestempel UTRECHT VELDPOST met duif geplaatst of het PORT BETAALD / VELDPOST UTRECHT met daarbij een dagtekening-stempel van het centraal veldpostkantoor. Op 2 maart 1990 werd de laatste post naar NAPO 50 verzonden. De laatste zending naar Nederland vond plaatst op 9 maart van dat jaar. | ||
Saoedi Arabië |
||
NORDIC HOSPITAL te RIAD ( tijdens DESERT STORM ) |
||
Nederlandse periode | : | 4 februari 1991 - 3 april 1991 |
Nederlandse bijdrage | : | Medisch detachement |
De eerste dagen was de Nederlandse veldpost nog niet in bedrijf. De correspondentie van het detachement verliep toen, gefrankeerd, viade Engelse veldpost ( BFPO 646 ). De resterende periode kon men portvrij d.t.v.de Nederlandse veldposten deEngelse veldpostverzenden.
De post naar het detachement, de eerste zending vond plaats op 18-02-1991, werd vanuit Utrecht verzonden naar het Nederlandse veldpostkantoor te Hohne ( Duitsland, NAPO 871 ) en daar aan het Engelse Veldpostkantoor ( BFPO 30 ) overgedragen. Dit kantoor zorgde dan voor verzending naar Riad ( BFPO 646 ) alwaar het werd overgedragen aan het NL detachement. De post naar Nederland werd in Riad ingeleverd bij het Engelse Veldpostkantoor ( BFPO 646 ), welk kantoor zorg droeg voor de verzending naar BFPO 40 ( Duitsland, Mönchen Gladbach ). Hier werd de post, in sommige gevallen na eerst in Engeland te zijn geweest, door de Engelsen overgedragen aan het Nederlandse veldpostkantoor te Mönchen Gladbach ( Duitsland, NAPO 861 ), welk kantoor zorgde voor doorzending naar Utrecht. In Utrecht werd door het Centraal Veldpostkantoor de post gestempeld met denormale frankeermachine. Genoemde post is dus in de meeste gevallen enkel herkenbaar aan de adressering van de afzender. De laatste zending vond plaats op 28-03-1991. |
||
Turkije |
||
DESERT STORM ( Golf-oorlog ) |
||
Nederlandse periode | : | 17 januari 1991 - 25 maart 1991 |
Nederlandse bijdrage | : | 2 Patriot + 2 HAWK squadrons ( 300 man/vrouw ) |
In eerste instantie werden 2 Patriot squadrons van 5GGW uitgezonden. Bij deze squadrons werd een veldpostkantoor gevoegd ( NAPO 85 met veldpoststempel 85 ). Bijna direkt daarna werd door de regering besloten een extra bijdrage te leveren in de vorm van 2 HAWK squadrons van 3GGW. Ook deze aanvulling werd voorzien van een veldpostkantoor ( NAPO 55 met stempel 55 ) zodat beide eenheden onder diverse omstandigheden verzekerd konden zijn van een eigen zelfstandige postvoorziening. De 4 squadrons werden ingezet in Diyarbakir en de eerste postzending arriveerde al op 15 januari. Post vanuit Duitsland, daar waren de eenheden oorspronkelijk gelegerd, werd eerst vervoerd naar het Centraal Veldpostkantoor te Utrecht ( NAPO 500 ) vanwaar het per vliegtuig ( Klu of KLM ) werd vervoerd naar Diyarbakir. De post naar Nederland verliep in omgekeerde richting via dezelfde route. De postmerken die voorkomen zijn afhankelijk van wie er op dat moment 'leading' was zodat er in afwisselende periodes NAPO 85 en 55 gebruikt werd. De laatste zending naar Diyarbakir vond plaats op 22 maart en de laatste post vandaar kwam hier aan op 27 maart. | ||
Yugoslavia |
||
UNPROFOR ( United Nations PROtection FORce )
|
||
Nederlandse periode | : | UNPROFOR februari 1992 - maart 1995
IFOR 14 december 1995 - 20 december 1996 SFOR 20 december 1996 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | Een verbindingsbataljon, verdeeld over de verschillende sectoren, met de staf in Sarajevo. Een deel van deze staf was geïntegreerd in de staf van UNPROFOR.
Een Contingents Commando in de plaats Busovaca. Een gemechaniseerd bataljon + in de plaatsen Vitez, Novi Travnik, Knezevo, Sisana en Split. Een detachement Luchtmacht met 16 x F-16 in de plaats Villafranca tot 18 januari 1999, daarna te Amendola. Een detachement Luchtmacht met 2 x AH-64 in de plaats Tuzla. Een detachement Marechaussee, verdeeld over de diverse lokaties. |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||
ECMM ( European Communety Monitor Mission in Former Yugoslavia ) |
||
Nederlandse periode | : | 24 juli 1991 - heden |
Nederlandse bijdrage | : | 14 Monitors.
4 Militairen |
De correspondentie van deze militairen .................... | ||